Nieuwsbrief oktober 2024

Voorwoord Gerrit van Hofwegen

In deze nieuwsbrief besteden we aandacht aan de eerste stappen naar een robuuste organisatie, onze verschijning in het programma ARGOS, de samenwerking met de GGD de Veiligheidsregio, we vertellen meer over energietoezicht en tot slot is ons nieuwe AB-lid Wilfried Boonman aan het woord, wethouder van Vlissingen.

In reactie op het landelijk onderzoek van de commissie Van Aartsen, zijn het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) een landelijk programma gestart om alle omgevingsdiensten robuust te maken op 1 april 2026. Dit gaat ook in Zeeland gebeuren. Het Algemeen Bestuur van RUD Zeeland heeft de eerste stappen gezet om deze opgave in te vullen. Voor een aantal gemeentelijke vertegenwoordigers is deze stap lastig, gelet op de eigen financiële situatie. Daarbij komt dat de opgave in Zeeland als tweede risicogebied van Nederland groot is, terwijl het aantal inwoners beperkt is en de afstanden binnen de provincie groot zijn. Vooral dit laatste maakt het samenwerken met diensten in naburige provincies lastig. Een hele uitdaging dus.

Ik wens u veel leesplezier.

Eerste stappen naar een robuuste RUD

De toekomst van RUD Zeeland lag op tafel, op maandagochtend 9 september. Het Algemeen Bestuur (AB) nam een beslissing over het plan van aanpak, waar we robuust mee worden. De eerste stappen kunnen gezet worden.

In de vorige nieuwsbrieven las u over onze weg naar een robuuste omgevingsdienst. Hoe zat het ook alweer? Alle omgevingsdiensten moeten robuuster worden. Die conclusie trok een commissie onder leiding van Jozias van Aartsen, na een landelijk onderzoek. Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), pakten dat op: in 2022 is er een landelijk programma gestart, waarmee de aanbevelingen van de commissie worden uitgevoerd.

Hoe werden de aanbevelingen uitgevoerd?

Er werd een plan van aanpak voor RUD Zeeland gemaakt door een daarvoor opgerichte werkgroep bestaande uit afgevaardigden van de gemeenten, provincie en RUD Zeeland. Het plan en de bijbehorende begrotingswijziging werden op maandag 9 september besproken door het Algemeen Bestuur. Ruim veertig medewerkers van onze omgevingsdienst kwamen naar de vergadering in het gemeentehuis van Goes. Om te laten zien dat we dit belangrijk vinden en passie hebben voor ons vak. Dit was immers de grootste beslissing sinds de oprichting van RUD Zeeland in 2014. Ook was er aandacht van de Zeeuwse pers.

Wat is er door het AB besloten?

Onze deelnemers zijn akkoord met het plan van aanpak en ondersteunen de inhoud. Wel is er een wijziging met betrekking tot het budget. Er wordt minder geld uitgetrokken dan voorgesteld. Er wordt nu 16,5 miljoen euro uitgetrokken in plaats van de 18,3 miljoen die nodig is om het hele plan uit te voeren en robuust te worden. Het vertrekpunt was 12,5 miljoen, er is dus gekozen voor een begrotingswijziging van circa 4 miljoen. Elf van de veertien deelnemers stemden voor het gewijzigde voorstel.

Wat betekent dit?

Dit betekent dat we van start kunnen, maar dat het plan van aanpak nu niet volledig uitgevoerd kan worden. Dit zet het robuust worden onder druk. De deadline van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, om robuust te worden als omgevingsdienst, is 1 april 2026. We kunnen wel alvast aan de slag met het gedeelte van het budget waar mee is ingestemd.

Wat houdt robuust worden in?

Omgevingsdiensten zijn te krap gefinancierd, bleek uit meerdere onderzoeken. Onze deelnemers, de gemeenten en provincie, financieren onze uitvoering, maar op basis van kengetallen. Daarvan weten we sinds een aantal jaren dat deze te laag zijn, wat leidt tot een gat van circa 2 miljoen per jaar. Om alle taken goed uit te kunnen voeren en dus robuust te worden, zijn er bijvoorbeeld meer medewerkers nodig. Daarnaast is ook rekening gehouden met de transitieopgaven waar Nederland en Zeeland voor staan. We hebben te maken met een snel veranderende wereld, met veel nieuwe technologie en veel nieuwe regels. Denk aan de energietransitie, circulaire economie, bodembeheer, zorgwekkende stoffen, PFAS, waterkwaliteit en nog veel meer. Investeren in kennisontwikkeling hoort daar ook bij. Het vraagt veel om op al die gebieden bij te blijven. Anders loop je al snel achter de feiten aan.

Robuust worden is een opgave waar we een externe partij voor hebben gevraagd. Deze partij ondersteunt ons bij de implementatie. Een aantal van onze medewerkers levert daar een bijdrage aan. Want we moeten stappen zetten. Allemaal met als doel een gezond, schoon én veilig Zeeland!

Een e-mail van Argos. Drie minuten leestijd. Impact van maanden

Op 26 januari kregen we een e-mail met een vraag van een journaliste. Voor de VPRO / onderzoeksprogramma Argos was zij bezig met een beginnend onderzoek naar de overlast die inwoners van de Kanaalzone in de gemeente Terneuzen ervaren van de industrie. Ze las op de website van de RUD dat wij met andere partijen onderzoek doen naar de omgevingskwaliteit. “Wat doet de RUD om die impact in te perken”, wilde ze weten. “Waar liggen jullie prioriteiten? Wat zijn de belangrijkste uitdagingen? Kunnen we hier over bellen en een overleg inplannen?”

Hieronder leest u meer over het vervolg.

Het resulteerde in een Woo-verzoek

Door de hoeveelheid aan aanvullende vragen en informatieverzoeken diende VPRO / Argos een Wet open overheid (Woo) verzoek in. Iedereen heeft recht op informatie van de overheid. De Woo regelt welke overheidsinformatie openbaar is en hoe iemand die kan aanvragen. Het Woo-verzoek van VPRO / Argos omvatte:

  • Alle meldingen van alle vormen van overlast, gedaan in 2022 en 2023.
  • Uitgesplitst per individuele melding, oftewel: elke afzonderlijke melding op een nieuwe regel. In een digitaal doorzoekbaar Excel-bestand.
  • Per melding willen we weten:
    • Datum, inhoud van de melding en eventueel over welk bedrijf het ging.
    • Zo precies mogelijk de locatie van waaruit de melding is gedaan, bij voorkeur op straatniveau.
    • Alle aanvullende informatie die de melder heeft toegevoegd, bijvoorbeeld omschrijvingen van de overlast, in de vorm van tekst of foto’s/video’s
    • De manier waarop de RUD op de melding heeft gereageerd – wat is ermee gedaan? Zijn jullie ter plaatse gegaan? Is het bedrijf erop aangesproken?

Goede onderlinge afstemming

RUD Zeeland is degene die in eerste instantie het verzoek heeft ontvangen. De Kanaalzone valt onder de gemeente Terneuzen. Samen met provincie Zeeland doen zij al een aantal jaar onderzoek naar de omgevingskwaliteit in de Kanaalzone. In dit geval is dus zowel de provincie Zeeland als de gemeente Terneuzen bevoegd gezag en nauw betrokken. Seveso-bedrijven en onderzoek naar de luchtkwaliteit in de Kanaalzone zijn de verantwoordelijkheid van DCMR. Daarnaast gaat de RUD niet over gezondheid. Dat is aan de GGD. Onze rol is toezicht houden op de naleving van de milieuwetgeving. Dit alles betekende een onderlinge informatie- en kennisuitwisseling en afstemming met elkaar. Niet anders dan anders eigenlijk. Wel intensiever en onder tijdsdruk door de Woo-termijn.

De impact van een Woo-verzoek

De juristen zijn verantwoordelijk voor de binnenkomende Woo-verzoeken. Inhoudelijke zaken worden besproken in het overleg van de juristen. Binnen RUD Zeeland is er ook een ‘werkgroep Woo’. De werkgroep houdt zich bezig met het inrichten van alle processen omtrent Woo, zoals publiceren, uitzoeken en werkinstructies opstellen. Woo-verzoeken worden naast de gebruikelijke werkzaamheden behandeld, die vaak een strakke deadline hebben. Zoals bijvoorbeeld het afhandelen van een rechtszaak.
Een Woo-verzoek komt ongepland, maar heeft wel altijd een deadline. Het moet in principe binnen vier weken worden afgehandeld. Is het Woo-verzoek omvangrijk of complex, dan kan de termijn met twee weken verlengd worden.

Het Woo-verzoek van Argos was veelomvattend en zorgde voor veel uitzoekwerk. Dankzij de inzet van meerdere collega’s van de verschillende afdelingen is binnen de gestelde termijn de gevraagde informatie na bestuurlijke afstemming aangeleverd. Met hulp van deze informatie besteedde Argos op zaterdag 27 en zondag 28 april in de uitzending ‘Dorp onder het stof’ op de radio en televisie aandacht aan de Kanaalzone. En dat begon allemaal met één e-mail op 26 januari.

Besluitvorming traject samenwerking en huisvesting GGD, RUD en VRZ

We werken samen met GGD Zeeland en Veiligheidsregio Zeeland en dat blijven we doen. Maar samen huisvesten is op dit moment niet aan de orde. We richten ons op het robuust maken van de organisatie.

Er werd de afgelopen tijd onderzocht hoe de drie gemeenschappelijke regelingen nog meer kunnen samenwerken. Op 1 en 5 juli besloten de algemeen besturen van GGD, VRZ en RUD Zeeland over het traject samenwerking en huisvesting. Dat deden ze op basis van het adviesrapport ‘De Moe(T)d tot Samenwerken’. Daar ging een aantal stappen aan vooraf. Zo is er een inhoudelijke samenwerkingsagenda gemaakt en een ruimte in het pand van de VRZ in Middelburg is als tijdelijke gemeenschappelijke ruimte ingericht.

Adviesrapport en besluitvorming

Beslispunten uit het adviesrapport zijn op 1 juli voorgelegd aan het algemeen bestuur van RUD Zeeland. Op 5 juli was het aan de algemeen besturen van VRZ en GGD om een besluit te nemen. RUD Zeeland stemde in met het uitvoeren van de inhoudelijke samenwerkingsagenda. GGD en VRZ ook en zij hebben daarnaast de wens voor gezamenlijke huisvesting en bedrijfsvoering bestuurlijk vastgelegd. Dat wordt verder uitgewerkt in een businesscase en ter besluitvorming voorgelegd aan de Algemeen Besturen van GGD en VRZ, in april 2025.

“Het is inspirerend en mijn passie om bij te dragen aan het verbeteren en verduurzamen van onze leefomgeving”!

Quintin Vermeulen aan het woord over zijn werk bij RUD Zeeland
Hij is inspecteur en houdt zich specifiek bezig met energietoezicht

“Door de energiecrisis, de belasting van het energienetwerk en klimaatverandering wordt energiebesparing steeds noodzakelijker. We gaan richting een CO2-vrije energievoorziening. Dat is een enorme transitie waar we samen voor staan. De huidige wetgeving is zo ingericht dat energiecontroles alleen door omgevingsdiensten kunnen worden uitgevoerd. Voor de RUD kom ik hier als inspecteur in beeld. Samen met de collega’s van het team Energie bezoeken we bedrijven en instellingen om toezicht te houden op de naleving van de energiebesparingsplicht. Ook kijken we waar nog verdere energiebesparende maatregelen mogelijk zijn.”

Verplichtingen

“Dat is de energiebesparings- en informatieplicht voor elk bedrijf of onderneming met een jaarlijks energieverbruik van >50.000 kWh en/of >25.000 m3. Wie vanaf 10 miljoen kWh elektriciteit of 170.000m3 aardgas per jaar gebruikt, heeft daarnaast ook een onderzoeksplicht. Het gaat in alle gevallen om maatregelen met een terugverdientijd van vijf jaar of minder. Je treft zogenaamde direct uitvoerbare maatregelen (afhankelijk van de bedrijfsactiviteiten). Zo kun je bijvoorbeeld met een klokregeling specifieke temperaturen instellen voor verschillende periodes per dag of per week. Zo voorkom je onnodige verwarming van het gebouw en verbruikt je verwarmingssysteem minder energie. Je mag ook verbeteringen aanbrengen die op een natuurlijk en dus logisch moment komen. Het hoeft niet altijd direct. Het bedrijf meldt altijd bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) de genomen maatregelen op basis van de Erkende maatregelenlijst Energiebesparing (EML).”

De toezicht en handhaving ligt bij de RUD

“Het is onze rol als uitvoeringsdienst om erop toe te zien dat de verplichte energiebesparende maatregelen op tijd worden uitgevoerd. Voor al die bedrijven en instellingen is het absoluut een grote omschakeling. Tegelijkertijd geldt dat ook voor ons. De huidige inzet van de RUD op het gebied van energietoezicht vindt momenteel alleen plaats op basis van een specifieke uitkering (SPUK-gelden) voor extra toezicht en handhaving op de energiebesparingsplicht tot 2026. Zonder middelen vanuit de gemeentelijke RUD-deelnemers is onze inzet momenteel beperkt. De Zeeuwse gemeenten pakken zelf de energielabel C-verplichting (kantoren) op. Vanaf komend jaar gaan we controleren op de rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit (WPM). Als een organisatie honderd of meer werknemers heeft, is het vanaf 1 juli 2024 verplicht te rapporteren over het aantal werkgerelateerde kilometers, inclusief het brandstofverbruik. Best ingrijpend maar zo krijgen we wel steeds meer inzicht in wat we met z’n allen uitstoten aan CO2.”

Goeie tips. Kunnen jullie vaker langskomen?

“Dit horen we gelukkig steeds vaker. Het helpt dat we al ‘onze’ bedrijven kennen. Dat maakt dat we gericht tips en adviezen kunnen geven om energie te besparen. Een lager verbruik levert gewoon op! Onze rol wordt meer en meer gezien als meedenkend. Dat geeft mij energie en voelt als een meerwaarde. De ontwikkelingen stoppen voorlopig ook zeker niet.”

Want het heeft zin!

“De cijfers bevestigen dit. Onder de huidige energiebesparingsplicht kon de Nederlandse uitstoot sinds 2023 met zo’n 1,2 megaton CO2 per jaar omlaag.
Eén megaton = 1 miljoen ton = 1 miljard kilogram.
Wat moet je doen om 1 ton CO2 uit te stoten?

  • Rijd 6.000 kilometer met een dieselauto
  • Vlieg acht keer heen en weer van Amsterdam naar Londen (per passagier)
  • Of reis 7.000 kilometer met de bus

De gemeenten, Regionale Energiestrategie (RES) en wij blijven dus vooral samen optrekken, stimuleren en faciliteren als het gaat om energiebesparing. Het heeft zin.”

In gesprek met Wilfried Boonman

In april dit jaar werd Wilfried Boonman benoemd tot wethouder in de gemeente Vlissingen. Zijn portefeuille bevat onder andere het beleidsterrein Milieuhandhaving en RUD Zeeland. Hij volgde Jeroen Portier op als AB-lid namens de gemeente Vlissingen. Nu de eerste maanden van Wilfried Boonman erop zitten, horen we graag van hem hoe hij dit als AB-lid heeft beleefd en hoe hij naar de toekomst kijkt.

“Voor mijn benoeming als wethouder, ben ik jarenlang raadslid geweest in de gemeente Middelburg. De RUD stond toen voor mij meer op afstand. Je bent je wel bewust van de taken die de RUD heeft en je ziet dat ze waardevolle dingen doen, maar toch wordt zo’n gemeenschappelijke regeling ook gezien als een verplichting. Pas na mijn benoeming als AB-lid van RUD Zeeland ben ik me er bewust van geworden dat de RUD van ons is, wij zijn ervan! Want wij zijn als gemeente het bevoegd gezag en uiteindelijk verantwoordelijk. En daarmee voel ik ook meer de opdracht, de betrokkenheid en het eigenaarschap om zorg te dragen voor een schone en veilige leefomgeving voor onze inwoners.”

“Je ziet de laatste jaren dat inwoners steeds intensiever betrokken zijn bij hun leefomgeving. We moeten er samen wel voor zorgen dat deze betrokkenheid niet uit angst is dat er dingen niet goed gaan. Ik vind het belangrijk dat inwoners erop kunnen vertrouwen dat wij onze taken goed uitvoeren. En als ze vragen stellen, dat wij daar dan de juiste antwoorden op kunnen geven. Dit betekent ook dat we inwoners en bedrijven moeten laten zien dat we allemaal aan dezelfde kant staan. Want zorgen voor een schone en veilige omgeving doe je samen.”

“De RUD is een gemeenschappelijke regeling van overheden en dat betekent dat de belastingbetaler er uiteindelijk voor zorgt dat we de middelen hebben om onze taken uit te voeren. Laat daarom als organisatie meer en duidelijk zien aan inwoners, ondernemers en andere belanghebbenden wat je doet en hoe je dit doet. En dat je dit efficiënt en effectief doet. Want als je dat niet doet, dan wordt het in mijn optiek een financiële discussie. Terwijl het juist om de inhoud moet gaan. Aan de andere kant betekent dit dus ook dat je hier voldoende menskracht voor nodig hebt. En daar komt de noodzaak tot robuustheid ook bij kijken.”

RUD Zeeland heeft net als alle omgevingsdiensten in Nederland de opdracht gekregen om robuust te worden. Tijdens het AB-overleg van 9 september is ingestemd met het plan van aanpak. Niet elke gemeente stemde in met de voorgestelde bijbehorende begrotingswijziging. Er wordt nu 16,5 miljoen euro uitgetrokken in plaats van de gevraagde 18,3 miljoen. Kunnen we hiermee voldoen aan de opdracht om robuust te worden?

“Dit besluit is nu genomen en dit is het vertrekpunt. Ik denk wel dat het belangrijk is dat we met elkaar continu het gesprek blijven voeren. Waarbij het onderwerp is: kunnen we op deze manier onze doelstelling bereiken, namelijk het zorgen voor een schone en veilige leefomgeving? Uiteindelijk dienen we allemaal hetzelfde belang.”

preloader logo
Wij zetten ons elke dag in voor
een schoon en veilig Zeeland